Instellingen voor faxberichten bewerken
Druk op Menu en selecteer
Extra
>
Instellingen...
. Selecteer
Faxbericht
en druk op
Bewerken
.
Definieer de volgende instellingen op het tabblad
Algemeen
:
•
Faxvoorblad
— Geef aan of een koptekst of voorblad voor een faxbericht moet worden gebruikt. Selecteer
Sjabloon 1
om een
apart voorblad te maken. Selecteer
Complete sjabloon
als u een voorblad wilt gebruiken dat alle contactgegevens van zowel
B e r i c h t e n
Copyright © 2004-2005 Nokia. All Rights Reserved.
39
de zender als de ontvanger, uw opmerkingen over de inhoud van het bericht en de datum bevat. Selecteer
Berichtkop
om
de contactgegevens van de zender en de ontvanger weer te geven. Selecteer
Geen
als u geen voorblad wilt gebruiken.
•
Faxbericht verzenden
— Geef aan wanneer de berichten verzonden moeten worden. Als u
Op verzoek
selecteert, moet u een
bericht in de Outbox selecteren en het faxbericht van daaruit verzenden.
Definieer de volgende instellingen op het tabblad
Geavanceerd
:
•
Verzendresolutie
— Selecteer de resolutie voor verzonden en ontvangen faxberichten.
•
ECM
— Selecteer of foute faxpagina's automatisch moeten worden hersteld tijdens het verzenden. Ook het ontvangende
apparaat moet ECM ondersteunen.
•
Opnieuw verzenden
— Geef aan of u
Alle
pagina's opnieuw wilt verzenden of alleen
Ontbrekende pagina's
als bepaalde
faxpagina's niet werden verzonden.
Als u de instellingen voor het doorsturen of blokkeren van faxberichten wilt bewerken, drukt u op
Fax doorschakelen
of
Fax
blokkeren
.