Afdrukken
U kunt vanuit de meeste toepassingen bestanden afdrukken op compatibele printers. Voordat u begint met afdrukken,
controleert u eerst of de communicator goed op de printer is aangesloten.
Als u een bestand wilt afdrukken op een compatibele printer, drukt u op Menu en selecteert u
Bestand
>
Afdrukken
>
Afdrukken...
. Controleer of de instellingen juist zijn en druk op
Afdrukken
.
Druk op
Opties
om de afdrukinstellingen te wijzigen.
Als u een voorbeeld van een bestand wilt bekijken voordat u afdrukt, drukt u op Menu, selecteert u
Bestand
>
Afdrukken
>
Afdrukken...
en drukt u op
Voorbeeld
. Druk op
Afdrukken
om af te drukken op een compatibele printer. Als u de grootte,
kantlijnen, kopteksten, voetteksten of paginering van een document wilt wijzigen, drukt u op
Pagina-instellingen
.